Onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie (B-VIVN-B3R468)

3 studiepuntenNederlands21 urenBeide semestersBeide semesters
Pieters Mikaël (coördinator) |  Pieters Mikaël
VIVES N POC PBA Onderwijs: Secundair Onderwijs

Domeinspecifieke leerresultaten (DLR)  

1. De Educatieve Bachelor in het secundair onderwijs ontwerpt krachtige en stimulerende leeromgevingen. Hij gebruikt passende werkvormen en evaluatiemethodieken ter ondersteuning van het leer- en ontwikkelingsproces. Hij concretiseert het zorg- en gelijke kansenbeleid van de onderwijsinstelling, met aandacht voor diversiteit en talensensibilisering.

2. De Educatieve Bachelor in het secundair onderwijs creëert een positief leer- en leefklimaat en speelt in op diversiteit. Hij herkent noden op vlak van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de lerenden en speelt er gepast op in. Hij begeleidt attitudevorming en bereidt de lerenden voor op maatschappelijke participatie.

5. De Educatieve Bachelor in het secundair onderwijs blijft de kwaliteit van zijn onderwijs ontwikkelen. Hij reflecteert systematisch en kritisch over zijn eigen functioneren, zijn klas- en schoolpraktijk. Hij integreert inzichten van (praktijkgericht) wetenschappelijk onderzoek in zijn praktijk, voert praktijkgericht onderzoek in de eigen context uit en stuurt – in samenspraak met het schoolteam – de praktijk bij.

 

Opleidingsspecifieke leerresultaten (OLR) - curriculumdoelen  

3.a.1 De beginsituatie van individuele lerenden en de groep analyseren.

3.a.3 De ontwikkelingsbehoeftes, onderwijs- en ondersteuningsnoden afleiden uit  de analyse van de beginsituatie van lerenden en hun context.

3.b.1 Doelstellingen en leerinhouden selecteren en formuleren vanuit de ontwikkelingsbehoeften (analyse van de lerende, de klas en de school) enerzijds en de opbouw van het leerplan anderzijds.

3.b.2 Differentiëren in doelstellingen voor individuele of groepen lerenden.

3.c.1 Krachtige, uitdagende leer- en ontwikkelingsomgevingen doelgericht ontwerpen op maat van (groepen) lerenden met o.a. oog voor variatie, differentiatie, vakoverschrijdende aanpak, zinvolle ICT-integratie, actualiteit, …

3.c.2 Universal Design for Learning toepassen in de leer- en ontwikkelingsomgeving.

3.d.2 Onderwijstechnologie functioneel inzetten.

3.e.7 Observeren en breed evalueren van het leerresultaat en het leer- en ontwikkelingsproces.

4.2 Nieuwe werkvormen, projecten, organisatievormen, leermiddelen en onderwijstools, begeleidingsvormen e.d. ontwerpen, durven uitproberen, evalueren en - bij een positief resultaat - implementeren .

 

Internationale competenties (ICOM)

  • Teksten of audiofragmenten in een vreemde taal kunnen begrijpen. 
  • Een eigen mening vormen over maatschappelijke of internationale onderwerpen. 

 

Vakspecifieke doelen 

Na het voltooien van “Onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie” kan de student:

  • een grondhouding aannemen waarin je diversiteit tussen leerlingen op een proactieve, positieve en planmatige manier benadert;
  • onderwijsbehoeften van een klas en van individuele leerlingen op een handelingsgerichte manier in kaart brengen;
  • instructiedifferentiatie inhoudelijk en organisatorisch uitwerken;
  • niveaudifferentiatie inhoudelijk en organisatorisch uitwerken;
  • eigen lessen kritisch benaderen en optimaliseren met het oog op differentiatie;
  • de inzetbaarheid en het gebruik van een digitale tool binnen de eigen onderwijsvakken beoordelen;
  • een visie op brede evaluatie formuleren;
  • de kwaliteitscriteria van een goede evaluatie toepassen;
  • vragen en evaluatie-instrumenten (zowel voor kennis, vaardigheden als attitudes) gemotiveerd kiezen en/of zelf ontwerpen met aandacht voor redelijke aanpassingen voor leerlingen met specifieke noden;
  • een goede toetsmatrijs opstellen;
  • een betrouwbaar antwoordmodel ontwikkelen;
  • kritisch verwoorden in welke mate en hoe ‘alternatieve’ evaluatievormen een plaats krijgen (met aandacht voor leerlingen met specifieke noden);
  • alternatieve evaluatievormen ontwikkelen (peer assessment, self assessement,....);
  • een visie op leren leren verwoorden;
  • leren leren integreren in de eigen lespraktijk;
  • leren leren koppelen aan evaluatie.

Onderwijsleeractiviteiten

3 sp. Onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie (B-VIVN-B5R468)

3 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College-opdracht21 urenBeide semestersBeide semesters
Pieters Mikaël
VIVES N POC PBA Onderwijs: Secundair Onderwijs

Het opleidingsonderdeel Onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie gaat om twee grote thema's: 'differentiatie' en 'evaluatie'. Deze twee thema's zijn uiteraard nauw met elkaar verbonden. We vertrekken vanuit de vaststelling dat er in een klas heel wat verschillen tussen leerlingen aanwezig zijn. We denken na over de vlakken waarop deze verschillen zich kunnen voordoen, maar willen vooral komen tot praktische handvaten om daar in de klaspraktijk mee om te gaan. Hoe kan jij met andere woorden je lesontwerp zodanig aanpakken zodat positief ingespeeld wordt op verschillen tussen leerlingen.

Binnen dit verhaal speelt evaluatie uiteraard ook een belangrijke rol. We staan o.a. stil bij de vraag hoe je kunt nagaan of de leerlingen de doelen hebben bereikt en wat je dan met die resultaten kunt doen. Je leert evaluatie-instrumenten ontwerpen met behulp van verschillende vraag- en observatietechnieken. Daarbij besteden we enerzijds aandacht aan het ontwikkelen van een toets die evenwichtig is, maar leren we ook een goed antwoordmodel opstellen i.f.v. de verbetering van de toets.

We vertrekken daarbij  vanuit een brede kijk op evaluatie. We maken daarom ook kennis met tal van andere evaluatievormen, zoals peer-en self assessement en rubrics. Je ontwerpt zelf materiaal dat steeds gericht moet zijn op het leren van leerlingen. Door kritisch te reflecteren op de gekozen evaluatieprocedure, door resultaten te analyseren en door feedback te vragen aan leerlingen en collega’s, verzamel je materiaal om je evaluatie bij te sturen.

Aanvullend leermateriaal (losbladig ondersteunend materiaal, presentaties, artikels,  leerpad, kennisclips, …) op Toledo

Er moeten geen boeken aangekocht worden voor dit opleidingsonderdeel.

Tijdens de colleges worden theoretische handvaten aangereikt maar wordt de focus ook gelegd op de concrete aanpak om in de klaspraktijk aan de slag te gaan. We werken tijdens onderwijskunde 4 volgens het principe van flipping the classroom: van de studenten verwachten we dat ze voorbereid naar de lessen komen en dat ze actief participeren. Zonder voorbereiding kan de student niet op een geschikte manier deelnemen aan de lessen. Tijdens de les zelf wordt er ook op regelmatige basis tijd voorzien om, onder begeleiding van de docent, te werken aan/met eigen materiaal.

Evaluatieactiviteiten

Onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie (B-VIVN-B73209)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Ontwerp/Product

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

De evaluatie van het opleidingsonderdeel 'onderwijskunde 4: accent op differentiatie en evaluatie' bestaat uit 100% opdracht met procesbegeleiding. De opdrachten worden ingediend op afgesproken momenten.

Voor dit opleidingsonderdeel zijn er geen deeloverdrachten.

De opdracht(en) tijdens de tweede examenkans zijn dezelfde als in eerste zittijd. De student kan eerder ingediend materiaal optimaliseren of nieuwe ontwerpen indienen.