Operatieverpleegkunde (B-VIVN-B3D740)

3 studiepuntenNederlands20 urenEerste semesterEerste semester
Taghon Dries (coördinator) |  Taghon Dries |  N.
VIVES N POC PBA Verpleegkunde

Leerresultaat 2: Verleent evidence based en theoretisch onderbouwde verpleegkundige zorg op basis van klinisch redeneren en een attitude van verantwoordelijkheidszin , een ruime mate van initiatief en proactiviteit, conform de algemene en beroepsgerelateerde wetgeving.

Indicator 2.2: Gegevens uit verschillende bronnen met elkaar in verband brengen, kritisch beoordelen en er conclusies uit trekken om op een wetenschappelijk gefundeerde, praktijkrelevante en kwaliteitsvolle manier zorg te verlenen.

2.2.4 De student verzamelt op eigen initiatief alle gegevens uit verschillende bronnen, brengt ze met elkaar in verband en beoordeelt ze kritisch. Hij trekt er conclusies uit om op een wetenschappelijk gefundeerde, praktijkrelevante en kwaliteitsvolle manier zorg te verlenen in complexe en gespecialiseerde zorgsituaties.

Indicator 2.3: Verpleegproblemen bepalen op basis van de observatie en de analyse van symptomen, klachten, zorgbehoeften en de beleving van de zorgvrager op somatisch, psychisch, sociaal en existentieel vlak

2.3.4 De student bepaalt zelfstandig verpleegproblemen in complexe en gespecialiseerde zorgsituaties op basis van de observatie en de analyse van symptomen, klachten, zorgbehoeften en de beleving van de zorgontvanger.

Indicator 2.4: Haalbare en concrete doelstellingen bepalen, hierin prioriteiten stellen en voortdurend bijsturen in alle fasen van het zorgtraject.

2.4.4 De student bepaalt haalbare en concrete doelstellingen, stelt hierin prioriteiten en stuurt ze voortdurend bij in complexe en gespecialiseerde zorgsituaties.

Indicator 2.5: In overleg met de zorgvrager geïndividualiseerde zorgplannen opmaken, toepassen en evalueren.

2.5.3 De student maakt in complexe en gespecialiseerde zorgsituaties geïndividualiseerde zorgplannen op in overleg met de zorgontvanger, past ze toe en evalueert ze.

Indicator 2.6: Vanuit reflectie en inzicht in de verpleegkundige, biomedische en humane wetenschappen het eigen handelen verantwoorden in diverse zorgsituaties.

2.6.3 De student verantwoordt in complexe en gespecialiseerde zorgsituaties zijn eigen handelen vanuit reflectie en inzicht in de verpleegkundige, biomedische en humane wetenschappen.

Indicator 2.7: De zorg autonoom proactief verlenen.

2.7.4 De student verleent autonoom en op een proactieve manier de zorg in complexe en gespecialiseerde situaties.

Leerresultaat 3: Verleent zowel in eenvoudige als complexe en gespecialiseerde zorgsituaties cliëntgerichte en –gestuurde verpleegkundige zorg op maat, gebruik makend van de gepaste technologie en met aandacht voor structuur, stiptheid en nauwkeurigheid teneinde de veiligheid van de zorgvrager te waarborgen in de concrete handelingen.

Indicator 3.1: Correcte en relevante informatie geven aan de zorgvrager over zijn gezondheid, ziekte, de zorg, onderzoeken, behandeling en toekomstperspectieven

3.1.4 De student geeft aan de zorgontvanger correcte en relevante informatie over verpleegkundige handelingen, zijn gezondheid, ziekte, de zorg, onderzoeken, behandeling en toekomstperspectieven in niet-vertrouwde, complexe en gespecialiseerde situaties.

Indicator 3.2: Verpleegkundige verstrekkingen en medische voorschriften stipt en doordacht uitvoeren volgens procedures en protocollen afgestemd op de zorgvrager.

3.2.4 De student voert de aangeleerde verpleegkundige verstrekkingen en medische voorschriften stipt en doordacht uit volgens de procedures en protocollen afgestemd op de zorgontvanger in niet-vertrouwde, complexe en gespecialiseerde situaties.

Indicator 3.3: Verpleegkundige handelingen uitvoeren volgens de verpleegkundige basisprincipes (hygiëne, steriliteit, comfort, beleving, zelfzorg en inspraak, veiligheid, ergonomie, economie, ecologie).

3.3.4 De student voert de aangeleerde verpleegkundige handelingen uit volgens de verpleegkundige basisprincipes (hygiëne, steriliteit, comfort, beleving, zelfzorg en inspraak, veiligheid, ergonomie, economie, ecologie) in niet-vertrouwde, complexe en gespecialiseerde situaties.

Indicator 3.4 De effecten van eigen uitgevoerde verpleegkundige handelingen evalueren en bijsturen.

3.4.3 De student evalueert zelfstandig de effecten van verpleegkundige handelingen en stuurt ze bij.

Indicator 3.5: Zijn handelen aanpassen in wisselende situaties binnen de zorgcontext.

3.5.4 De student past binnen de zorgcontext zijn handelen aan in niet-vertrouwde, complexe en gespecialiseerde situaties.

Leerresultaat 4: Neemt autonoom initiatieven inzake preventie en past deze op alle niveaus adequaat toe. Organiseert op methodische wijze gezondheidspromotie en patiënteneducatie aan individuen en groepen. Stimuleert een gezondheidsbevorderend gedrag bij de zorgvrager(s).

Indicator 4.1: De gezondheidsrisico’s, het gezondheidsprobleem of mogelijke complicaties en de nood aan gedragsverandering bij de individuele zorgvrager of een groep herkennen en definiëren rekening houdend met de culturele, existentiële en/of maatschappelijke achtergrond van de zorgvrager(s), zijn voorkennis, leerstijl en bevorderende en belemmerende factoren.

4.1.4 De student inventariseert zelfstandig de beginsituatie van een individuele zorgontvanger en/of een groep en herkent en definieert zelfstandig gezondheidsrisico’s, gezondheidsrisico's of mogelijke complicaties en de nood aan gedragsverandering in niet -vertrouwde, complexe en gespecialiseerde situaties.

Leerresultaat 8: Communiceert op een efficiënte en gestructureerde wijze zowel mondeling als schriftelijk over de zorgrelatie, de zorginhoud en het zorgproces met alle betrokkenen in de vakterminologie en aangepast aan de gesprekspartner.

Indicator 8.1: De essentie van de zorgsituatie op een gestructureerde wijze schriftelijk en mondeling rapporteren.

8.1.3 De student rapporteert de essentie van de zorgsituatie over een uitgebreide groep patiënten en betrokkenen gestructureerd in verschillende situaties.

Onderwijsleeractiviteiten

3 sp. Operatieverpleegkunde (B-VIVN-B5D740)

3 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College-practicum20 urenEerste semesterEerste semester
Taghon Dries |  N.
VIVES N POC PBA Verpleegkunde

Dit keuzevak bouwt verder op het onderdeel "Zorg in het operatiekwartier" dat aan bod komt in Verpleegkundige methodiek en vaardigheden 6. Volgende topics komen aan bod:

  • Pre- en peroperatieve taken van de instrumenterende verpleegkundige en omloopverpleegkundige
  • Steriliteit: een belangrijk gegeven
  • Varianten op de monopolaire en bipolaire diathermie
  • Specifieke houdingen op de operatietafel; varianten op rug-, buik- en zijlig
  • Specifiek chirurgisch instrumentarium en chirugisch toebehoren
  • Hechtingsmateriaal en soorten hechtingen
  • CSA en het operatiekwartier
  • Anatomopathologisch onderzoek
  • Ergonomisch werken in het operatiekwartier
  • Practicum: chirurgische handontsmetting, zich steriel aankleden, positioneren van de operatiepatiënt, correct openen van een afdekpakket, correct aangeven van steriel materiaal, desinfectie van het operatiegebied, steriel afdekken van instrumententafels en de operatiepatiënt, inhoud van een instrumentennet, schikking van instrumentarium, manier van instrumenteren
  • Casuïstiek: aan de hand van casuïstiek wordt het functioneren van de operatieverpleegkundige overlopen binnen verschillende disciplines, nl. urologie, abdominale heelkunde, orthopedie/traumatologie, plastische heelkunde/mond-kaak-aangezichtschirurgie. Er wordt vertrokken vanuit een aantal basisprincipes, aangevuld met specifieke aandachtspunten eigen aan de desbetreffende discipline. Zaken die hierbij telkens aan bod komen: positionering, afdekken, materiaal, instrumentarium,...  Disciplines die aan bod komen zijn abdominale heelkunde/urologie, orthopedie/traumatologie, plastische chirurgie en mond-kaak- en aangezichtschirurgie.

Syllabus en presentaties worden beschikbaar gesteld via Toledo door de (gast)docent(en).

Nederlands

Het practicum verwijst naar enerzijds 2u werkveldbezoek aan het operatiekwartier van AZ Delta te Rumbeke. Anderzijds wordt 2u voorzien voor het doorlopen van een integratietoets.

In uitzonderlijke omstandigheden kan een deel van de contactmomenten op de campus vervangen worden door een online alternatief.

Evaluatieactiviteiten

Operatieverpleegkunde (B-VIVN-B78257)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Open vragen, Gesloten vragen
Leermateriaal : Geen

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

100% schriftelijk examen

Voor dit opleidingsonderdeel zijn er geen deeloverdrachten.