specifieke zorgverlening: ouderenzorg en geriatrie (B-VIVN-B3D528)
Doelstellingen
Leerresultaat 2: Verleent evidence based en theoretisch onderbouwde verpleegkundige zorg op basis van klinisch redeneren en een attitude van verantwoordelijkheids- en ondernemingszin, een ruime mate van initiatief en proactiviteit, conform de algemene en beroepsgerelateerde wetgeving.
Indicator 2.2: Gegevens uit verschillende bronnen met elkaar in verband brengen, kritisch beoordelen en er conclusies uit trekken om op een wetenschappelijk gefundeerde, praktijkrelevante en kwaliteitsvolle manier zorg te verlenen.
2.2.2 De student verzamelt alle gegevens die nodig zijn om praktijkrelevante en wetenschappelijk gefundeerde zorg te verlenen en beoordeelt ze met een zekere mate van zelfstandigheid kritisch in matig complexe zorgsituaties.
Indicator 2.3: Verpleegproblemen bepalen op basis van de observatie en de analyse van symptomen, klachten, zorgbehoeften en de beleving van de zorgvrager op somatisch, psychisch, sociaal en existentieel vlak
2.3.2 De student bepaalt met een zekere mate van zelfstandigheid verpleegproblemen in matig complexe zorgsituaties op basis van de observatie en de analyse van symptomen, klachten, zorgbehoeften en de beleving van de zorgvrager.
Indicator 2.4: Haalbare en concrete doelstellingen bepalen, hierin prioriteiten stellen en voortdurend bijsturen in alle fasen van het zorgtraject.
2.4.2 De student bepaalt haalbare en concrete doelstellingen en stuurt ze voortdurend bij in matig complexe zorgsituaties.
Indicator 2.5: In overleg met de zorgvrager geïndividualiseerde zorgplannen opmaken, toepassen en evalueren.
2.5.2 De student maakt in matig complexe zorgsituaties geïndividualiseerde zorgplannen op in overleg met de zorgvrager, past ze toe en evalueert ze.
Indicator 2.6: Vanuit reflectie en inzicht in de verpleegkundige, biomedische en humane wetenschappen het eigen handelen verantwoorden in diverse zorgsituaties.
2.6.2 De student verantwoordt in matig complexe zorgsituaties zijn eigen handelen vanuit reflectie en inzicht in de verpleegkundige, biomedische en humane wetenschappen.
Indicator 2.7: De zorg autonoom proactief verlenen.
2.7.2 De student verleent de zorg in matig complexe situaties met een ruime mate van initiatief en proactiviteit.
Leerresultaat 3: Verleent zowel in vertrouwde als in niet-vertrouwde en/of complexe en gespecialiseerde zorgsituaties cliëntgerichte en –gestuurde verpleegkundige zorg op maat, gebruik makend van de gepaste technologie en met aandacht voor structuur, stiptheid en nauwkeurigheid teneinde de kwaliteit van zorg en de veiligheid van de zorgvrager te waarborgen in de concrete handelingen.
Indicator 3.1: Correcte en relevante informatie geven aan de zorgvrager over zijn gezondheid, ziekte, de zorg, onderzoeken, behandeling en toekomstperspectieven
3.1.2 De student geeft aan de zorgvrager correcte en relevante informatie over verpleegkundige handelingen, zijn gezondheid, ziekte, de zorg, onderzoeken, behandeling en toekomstperspectieven in matig complexe en afgebakende situaties.
Leerresultaat 4: Neemt, vanuit een visie op empowerment en shared decision making, autonoom initiatieven inzake preventie en past deze op alle niveaus adequaat toe. Organiseert op methodische wijze gezondheidsbevordering en patiënteneducatie aan individuen en groepen. Stimuleert een gezondheidsbevorderend gedrag bij de zorgvrager(s).
Indicator 4.1: De gezondheidsrisico’s, het gezondheidsprobleem of mogelijke complicaties en de nood aan gedragsverandering bij de individuele zorgvrager of een groep herkennen en definiëren rekening houdend met de culturele, existentiële en/of maatschappelijke achtergrond van de zorgvrager(s), zijn voorkennis, leerstijl en bevorderende en belemmerende factoren.
4.1.2 De student omschrijft de factoren die gezondheidsgedrag beïnvloeden en herkent en definieert zelfstandig gezondheidsproblemen, beïnvloedende factoren bij een gezondheidsprobleem en gezondheidsrisico’s in matig complexe en afgebakende situaties.
Leerresultaat 8: Communiceert op een efficiënte en gestructureerde wijze zowel mondeling als schriftelijk over de zorgrelatie, de zorginhoud en het zorgproces met alle betrokkenen in de vakterminologie en aangepast aan de gesprekspartner.
Indicator 8.1: De essentie van de zorgsituatie op een gestructureerde wijze schriftelijk en mondeling rapporteren.
8.1.2 De student rapporteert de essentie van de zorgsituatie over meerdere patiënten en betrokkenen gestructureerd in verschillende situaties.
Internationale competentie
internationale betrokkenheid - een eigen mening vormen over maatschappelijke of internationale student vormt een gefundeerde mening over internationale maatschappelijke en/of politieke vraagstukken.
Plaats in het onderwijsaanbod
Onderwijsleeractiviteiten
3 sp. specifieke zorgverlening: ouderenzorg en geriatrie (B-VIVN-B5D528)
Inhoud
Het aantal ouderen en dan voornamelijk de groep van 85-plussers zal fors toenemen. Hiermee zal zeker ook de groep van kwetsbare ouderen met een complexe zorgvraag groeien. Deze groep heeft baat bij een specifieke geriatrische benadering. Dit opleidingsonderdeel biedt kennis en inzichten die verpleegkundigen nodig hebben om vaak voorkomende geriatrische problemen tijdig te signaleren, grondig te analyseren en (preventief) aan te pakken.
Het eerste hoofdstuk behandelt de preventie van (ziekenhuisgerelateerd) functieverlies. De volgende twee hoofdstukken belichten dementie en de preventie en aanpak van gedragsmatige en psychologische symptomen hierbij. Aansluitend wordt de focus gelegd op een aantal geriatrische syndromen, ook wel geriatrische reuzen genoemd. In deze hoofdstukken vormen risico-inschatting en vroegsignalering, analyse en (preventieve) interventies telkens de rode draad. Achtereenvolgens komen delier, urine-incontinentie, ondervoeding, zintuiglijke beperkingen en vallen aan bod. Vervolgens wordt de preventie van geneesmiddelengerelateerde besproken. Het vak sluit af met een hoofdstuk over eenzaamheid waarbij verpleegkundigen ook hier het verschil kunnen maken bij het tijdig herkennen, signaleren en bespreekbaar maken.
Studiemateriaal
Inghelbrecht, M., Driessens, F., Taillieu, N. & Vanryckeghem, E. (2020). Leerboek geriatrische zorg voor verpleegkunde. Leuven: Acco
Studenten die in plaats van het papieren handboek een digitale versie wensen aan te kopen, bestellen rechtstreeks via Uitgeverij Acco. De verkoopprijs van de digitale versie is identiek aan die van de papieren versie.
Toelichting werkvorm
De gebruikte werkvormen worden aangeboden in een mix van on campus en off campus activiteiten. In uitzonderlijke omstandigheden kan een deel van de contactmomenten op de campus vervangen worden door een online alternatief.
Evaluatieactiviteiten
specifieke zorgverlening: ouderenzorg en geriatrie (B-VIVN-B76722)
Toelichting
Examenmoment | Beoordelingsschaal |
---|---|
TOTAAL | 1-20/20 puntenschaal |
100 % schriftelijk examen
Rekenvaardigheden sluiten nauw aan bij de kennis en vaardigheden die aan bod komen in dit opleidingsonderdeel / deze onderwijsleeractiviteit en kunnen dus ook meegenomen worden in de evaluatie-activiteit(en).
Toelichting bij herkansen
Voor dit opleidingsonderdeel zijn er geen deeloverdrachten.