Doelstellingen

Domeinspecifieke Leerresultaten

DLR 01: De gegradueerde voert elektrische en stromingstechnische basismetingen en -testen uit.
1.1. De student heeft kennis over welke fysische testen en metingen er zijn en waarvoor ze gebruikt worden.
1.2. De student gebruikt verschillende meetinstrumenten op een correcte en veilige manier.
1.3. De student voert elektrische en stromingstechnische metingen en testen correct uit.
1.4. De student interpreteert en analyseert de resultaten correct.

DLR 02: De gegradueerde leest en interpreteert zowel elektrische, stromingstechnische als eenvoudige P&ID schema’s en tekeningen en raadpleegt, ook in minstens één vreemde taal, vaktechnische informatie.
2.1. De student leest en interpreteert hydraulische en P&ID schema's en tekeningen.
2.2. De student leest en interpreteert elektrische schema's en tekeningen.
2.3. De student raadpleegt vaktechnische informatie in minstens één vreemde taal.

DLR 03: De gegradueerde werkt op een maatschappelijk verantwoorde, duurzame en kwaliteitsvolle manier en past veiligheidsvoorschriften en reglementeringen toe in een vertrouwd domein.
3.1. De student werkt respectvol met materieel en gaat er duurzaam mee om.
3.2. De student volgt de veiligheidsprocedure op en schat hierbij risico’s in.
3.3. De student zet kwaliteitsnormen en -afspraken om in concrete acties.
3.4. De student werkt volgens VCA-principes.

DLR 04: De gegradueerde adviseert en informeert gebruikers, collega’s en leidinggevenden en formuleert verbetervoorstellen met het oog op gebruik en werking.
4.1. De student kan mondelinge toelichting geven bij een gebruikershandleiding.
4.2. De student kan de gebruiker adviseren over onderhoud en gebruik van HVAC-systemen.
4.3. De student kent en gebruikt de correcte vaktechnische vakterminologie tav collega's en leidinggevende.
4.4. De student kan de installatie en het onderhoud van HVAC-systemen correct afhandelen op administratieve wijze (met behulp van al dan niet wettelijk voorgeschreven documenten).
4.5. De student kan kritisch reflecteren over het gebruik en werking van HVAC-systemen.
4.6. De student formuleert verbetervoorstellen voor het gebruik en de werking van HVAC-systemen.

DLR 05: De gegradueerde stuurt operationeel enkele medewerkers aan voor concrete werkzaamheden met aandacht voor de veiligheid, werkt constructief en flexibel samen in team voor het plannen en uitvoeren van goedgekeurde aanpassingen en neemt hierin verantwoordelijkheid op.
5.1. De student maakt kennis met het operationeel aansturen van enkele medewerkers op de werf, met aandacht voor de veiligheid.
5.2. De student werkt constructief en flexibel samen in team voor het plannen en uitvoeren van goedgekeurde aanpassingen.
5.3. De student neemt verantwoordelijkheid op bij het plannen en uitvoeren van goedgekeurde aanpassingen.
5.4. De student volgt de planning van de werkzaamheden op en stuurt bij waar nodig.

DLR 06: De gegradueerde onderhoudt zijn deskundigheidsniveau door technologische ontwikkelingen op te volgen en is zelfkritisch.
6.1. De student kan op kritische wijze de recente ontwikkelingen binnen HVAC opvolgen.
6.2. De student kan het belang uitleggen van het behalen van bijkomende erkenningen, attesten en certificaten binnen zijn vakdomein.
6.3. De student identificeert zijn eigen professionele sterktes, zwaktes en lacunes en gaat hiermee aan de slag.

DLR 07: De gegradueerde rapporteert op doeltreffende wijze aan collega’s en leidinggevenden over zijn werkzaamheden in functie van de opvolging.
7.1. De student kent de criteria van een zorgvuldig werkverslag.
7.2. De student houdt bij het opstellen ervan rekening met de criteria van een zorgvuldig (werk)verslag (van de uitgevoerde taken, gereden kilometers, uren, materiaal dat gebruikt werd, omschrijving opdracht, vorderingenstaat...)
7.3. De student rapporteert aan zijn team en de opdrachtgever conform de gemaakte afspraken.
7.4. De student communiceert mondeling en schriftelijk op een doeltreffende wijze met respect voor de omgeving.

DLR 08KL: De gegradueerde voert zelfstandig installaties, indienstnemingen en afregelingen van klimatisatiesystemen uit in een vertrouwd domein en onder toezicht van een leidinggevende binnen een residentiële en industriële context.
8.1. De student kan de verschillende onderdelen van een klimatisatiesysteem benoemen en weet hoe ze zich ten opzichte van elkaar verhouden.
8.2. De student kan zelfstandig een installatie opbouwen, indienst nemen en afregelen en doet dit onder toezicht van een leidinggevende.
8.3. De student neemt verantwoordelijkheid voor de gestelde handelingen mbt de installatie en laat zich doorheen het installatieproces steeds bijstaan door een leidinggevende.

DLR 09KL: De gegradueerde lokaliseert, identificeert en diagnosticeert storingen aan klimatisatiesystemen, rekening houdend met situationele elementen en/of onderhoudshistoriek.
9.1. De student lokaliseert storingen aan klimatisatiesystemen, rekening houdend met situationele elementen en/of onderhoudshistoriek.
9.2. De student identificeert storingen aan klimatisatiesystemen, rekening houdend met situationele elementen en/of onderhoudshistoriek.
9.3. De student diagnosticeert storingen aan klimatisatiesystemen, rekening houdend met situationele elementen en/of onderhoudshistoriek.

DLR 10KL: De gegradueerde houdt rekening met specifieke risico’s van gevaarlijke producten en omstandigheden eigen aan het werkveld klimatisatie en handelt ernaar.
10.1. De student houdt rekening met specifieke risico's van gevaarlijke producten.
10.2. De student houdt rekening met specifieke risico's van omstandigheden eigen aan het werkveld klimatisatie.
 

Attitudes speciefiek voor werkplekleren

• De student is stipt
• De student heeft het nodige gereedschap bij.
• De student heeft het nodige gebruiksmateriaal bij.
• De student neemt initiatief.
• De student werkt nauwkeurig.
• De student communiceert respectvol.

Doelstellingen

De student kan in deze fase:

• deeltaken zelfstandig uitvoeren
• deeltaken onder begeleiding uitvoeren

Plaats in het onderwijsaanbod

• Graduaat in de HVAC-Systemen (Kortrijk) (Afstudeerrichting Klimatisatiesystemen) 120 sp.